In Memoriam Piet Warmerdam

Ongeloof, intens verdriet, verslagenheid

Op 1 juni is onze collega Piet Warmerdam geheel onverwacht op 58-jarige leeftijd overleden.

De verslagenheid en het verdriet onder de collega’s is groot. Piet was een dierbare collega en binnen vestiging Voorhout actief als uitvoerder en coördinator van diverse projecten op het gebied van beheer openbare ruimte, sport & golf en beplantingswerk. Een vakman binnen zijn werkgebied en een rustpunt binnen het team. Als Piet het regelde kon je erop vertrouwen dat het goed kwam. Maar bovenal was hij een zeer aimabel mens, altijd goedgehumeurd, behulpzaam, maakte altijd tijd en was oprecht in je geïnteresseerd.

We zijn dankbaar voor wat hij ruim 7 jaar voor ons familiebedrijf heeft betekend en gaan Piet missen.

We wensen zijn geliefde partner Denise, Bart en Gijs, ouders, zus, broer en naaste familie, vrienden en dierbaren alle sterkte.

De collega’s van HOEK

Boomcontrole op de golfbaan

Het regent. Pijpenstelen. Niet recht naar beneden, maar bijna horizontaal.

Vandaag windkracht negen. Ik loop samen met de greenkeeper over een golfbaan. Met dit weer, is het maximaal uitwaaien.

Wij zijn bezig met de boomveiligheidscontrole van de bomen op en rond de baan. In mijn rol als controleur kom ik toch op de mooiste plekken. Ondanks het ruige weer geniet ik van mijn werk. Wie houdt er niet van buiten en van bos?

Het parcours van de golfbaan slingert door het golvende duinlandschap. Aangelegd groen en natuurlijk groen zijn hier onlosmakelijk met elkaar verbonden.

Terwijl wij tegen de wind in leunen, sjouwen wij het duin op. De greenkeeper vertelt mij zijn plannen. Ingepakt als Michelin-mannetjes is het moeilijk aantekeningen te maken op het steeds vochtiger wordende papier. “Weet je” zegt hij, “er staan hier gewoon te veel bomen. Het is een duinbaan. Die dennen horen hier helemaal niet!”. En dat, terwijl ik net een fraai exemplaar bewonder. Ik denk na. Wat is de vraag? Wat is mijn taak? Een windvlaag doet mij wankelen.

Tussen de regels door begin ik te lezen wat hier staat. De dennen zijn prachtig, althans de meeste. Het duinlandschap ook! En het spanningsveld tussen die twee is mooi. En toch…

Tussen de bossen ligt de baan. Ruim een eeuw geleden was het hier open duingebied, een ruig en golvend graslandschap. Als ik mijn ogen afwend van de karakteristiek gebogen, majestueuze dennen en mij concentreer op de vergezichten in de baan, dan valt mij op hoe weinig open het landschap nu is.

De baan groeit dicht. Ook de omliggende duinen groeien dicht. Bomen en struiken breken de wind, waardoor het rustiger wordt, al is dat vandaag niet te merken. Minder wind betekent minder dynamiek in het landschap: minder stuiven en sneller groeiende struiken. Het duinlandschap staat onder druk. Verruiging van grassen, struikengroei, verzuring door stikstofdepositie veranderen de groeiomstandigheden en daardoor het landschap.

De golfbaan wil de baan beheren, en de natuur behouden zoals deze was. Een open duin-graslandschap. Bomen kunnen wel, maar niet te veel. Hun naalden verzuren de grond en verdringen daarmee de beschermde, daar voorkomende duinplanten.

Zie hier het dilemma. Prachtige dennen, maar teveel. Nog net niet verkleumd rijden we terug naar hun kantine. De buggy hotst en botst. Om het landschap te beschermen moeten we dus bomen omhakken. De meest eenvoudige beslissingen vragen vaak veel kennis en overleg.

Mijn telefoon gaat, een collega. “Ik sta hier bij een half afgebroken boom…” Met video-bellen laat hij mij de populier zien. Het is niet goed, ik moet er snel vandoor.

Met dank aan collega Ruben, die deze column schreef als opdracht voor zijn opleiding European Tree Manager.

Heb je een vraag?

Machinist Victor

Wat houdt jouw werk in?

‘Vanaf half mei tot eind oktober maai ik bermen en parken, in de wintermaanden onderhoud ik de planten. Het maaien gebeurt met een tractormaaier, daarna hooien we, persen we de balen en voeren alles af. Ik werk in een team van 6 a 7 man, met vier tractoren. Eentje waarmee we maaien of het gras wiersen, een tractor die continue wierst en een tractor die de balen perst. Daarnaast maaien en harken we met de hand bij.’

Wie zijn je opdrachtgevers?

‘Meestal gemeentes, zoals Alkmaar en Heerhugowaard. Maaiwerk gebeurt bij Natuurmonumenten op buitenplaats Beeckestijn in Velsen en Koningshof in Bloemendaal.’

Wanneer is jouw werkdag geslaagd?

‘Als we lekker gewerkt hebben en we gedaan hebben wat we voor ogen hadden die dag. En als de machines heel zijn gebleven.’ ‘Ik sta op om kwart over vijf, smeer mijn brood en vertrek naar de zaak in Ursem. Na een bakkie pak ik mijn spullen voor de klus van die dag. Na het werk hoor ik in Ursem wat we de volgende dag doen. In het maaiseizoen nemen we vaak even de planning door voor de volgende dag.’

Hoe belangrijk is werken in een team?

‘Heel belangrijk, maar nog belangrijker is het om als team te werken. Je hebt elkaar nodig om tot een goed eindproduct te komen. En dan maakt het niet uit wat het eindproduct is, een tuin, schoolplein, een woonwijk of park.’

Hoe blijf jij up to date?

‘Ik lees mijn vakblad, kijk om me heen, ook op internet. Ik stel vragen en ontmoet mensen uit het vak op cursussen. Dan wissel je informatie uit.’

Wat is jouw passie?

‘Lekker buiten zijn en in de zomermaanden maaien. En buiten HOEK -naast mijn gezin- het Korps Nationale Reserve. Ik was laatst zeven maanden op pad met de Luchtmobiele brigade, waaronder vier maanden op Curacao.’

Bekijk ook de video:

Heb je interesse in werken bij HOEK?

Hovenier Ron

Alleskunner

Bij een groot hoveniersbedrijf zoals HOEK werken allerlei specialisten. Een van die specialisten ben ik, Ron van Tuijl. Ik ben hovenier en dan gaat het vaak om het fijnere werk. Snoeien van heesters en heggen bijvoorbeeld. Het op precieze wijze verwijderen van onkruid en het verzorgen van nieuwe aanplant horen daar ook bij. Het gaat erom dat je allround bent en vanuit je opleiding en ervaring weet hoe je dit afwisselende werk zelfstandig en verantwoord moet doen. Vanuit mijn specialisme ben ik betrokken bij allerlei verschillende projecten. Of het nu gaat om tuinen van particulieren volledig nieuw in te richten of dat het gaat om gemeentelijk groenvoorzieningen je moet altijd alert zijn en kijken wat voor de opdrachtgever het beste resultaat geeft.

Teamwork

Bij het hovenierswerk hoort vanzelfsprekend ook dat je de tekeningen van de ontwerpers goed kunt lezen en dan precies weet wat er te doen staat. Het fijne aan het werk is ook dat je altijd lid bent van een team waardoor je een groot saamhorigheidsgevoel ontwikkelt. De samenstellingen van onze teams zijn divers: zowel jonge als oudere collega’s werken daarin optimaal samen. Bij HOEK ligt de nadruk vooral ook op het feit dat we samen een perfect resultaat neerzetten.

 

Tekening in handen bij hovenier

 

Innovatief

Op dit moment zijn we ook erg bezig met de overschakeling naar elektrische apparaten. Zware lichamelijke inzet wordt dan ook sterk verminderd. Een groot voordeel is ook dat het relatief stil is en zonder stank. Iets wat onze klanten ook erg prettig vinden. Als je dan aan het eind van de dag terugkijkt op wat er door ons team gedaan is, zijn we allemaal trots op de goed gedane klus. Het maakt ons trots op ons werk en kunnen nog even gezellig napraten.

Passie

Dat napraten gebeurt ook regelmatig met pas gearriveerde collega’s die vaak helemaal niet direct voor het vak hebben gekozen. Maar door de mogelijkheid om hier een opleiding te volgen en dagelijks ervaring op te doen ook een passie voor de wereld van groen ontwikkelen. Ze ontdekken dat hier mooie carrièrekansen liggen.

Bekijk ook de video:

Heb je interesse in werken bij HOEK?

René Havenaar gouden werknemer bij HOEK

René Havenaar werkt 2 september vijftig jaar bij HOEK in Voorhout. Een gouden jubileum. Op 6 september werd hij in zijn vertrouwde werkplaats in het zonnetje gezet.

Technische school

De geboren en getogen Voorhouter doorliep de LTS in Leiden. Monteur wilde hij worden. Zijn vader verdiende zijn brood in de bollen. Elk jaar een andere baas. Dat zag René niet zitten. Na zijn opleiding aan de Don Bosco school in Leiden startte hij meteen bij het hoveniersbedrijf, waar ook zijn broer werkte. De eerste klus herinnert hij zich als de dag van gisteren. Schoffelen bij de Coentunnel. Daar waren bomen geplant en het onkruid moest worden verwijderd. ”Het was 1969. Ik was zestien.”

In hetzelfde schuitje

“In de eerste tien jaar bij HOEK werkte ik samen met mijn broer in de buitendienst. Met een groep hoveniers gingen we op weg naar Oostzaan. We hadden de opdracht gekregen om daar bomen te planten langs de Rijksweg, een weg omringt door water en kleine eilandjes. Mijn broer roeide alle collega’s naar een eilandje. Bomen mee, gereedschap mee en na een aantal keer heen en weer varen, waren alle eilandjes bemand. Mijn broer legde de boot vast bij een van de eilandjes en ging zelf ook aan het werk. Tenminste, dat DACHT hij! Terwijl wij de bomen plantten, waaide de boot terug naar de kant van de weg. We moesten net zo lang zwaaien en roepen tot er een auto stopte. De man die erin zat, heeft de boot naar een van de eilanden geroeid. Toen pas konden we terug naar het vasteland.”

Geen dag is hetzelfde

Het ene moment staat René te sleutelen aan een grote maaimachine, het andere moment hangt hij een nieuw lampje op in het kantoor. René kan alles maken en dat is bekend bij zijn collega’s. Als de buitendienst ’s avonds weer terug is bij het bedrijf aan de Loosterweg, staat er binnen vijftien minuten een rij in de werkplaats, vertelt René. “Of ik een nieuwe accu voor ze heb, een motor wil repareren, iets anders vervang… Dan moet je prioriteiten stellen. Wat is écht noodzakelijk en wie kan tot morgen wachten?” Blij is René als zijn collega’s wegrijden met een opgelapte machine. “Is het heel en werkt het weer? Dan heb ik een goed gevoel. Met een gekke bek roep ik ze altijd na: “je hebt garantie tot het hek!”

Jonge collega’s

Tijdens werktijd heeft René veel contact met zijn collega’s. Als een machine stuk gaat op locatie, wordt de monteur meteen gebeld. “Ik vraag eerst wat er aan de hand is en probeer dan of de hovenier het apparaat, met mijn hulp op afstand, weer aan de praat kan krijgen. Als dat niet lukt, ga ik er naartoe.”
Door zijn jarenlange ervaring hebben nieuwe collega’s toch wat ontzag voor hem. “Iedereen spreekt me aan met meneer, maar ik ben gewoon René. Als ik dat zeg, wordt de sfeer vanzelf wat losser.” René leert zijn jongere collega’s lassen en zij leren hem hoe een smartphone werkt. “Vroeger had je een autotelefoon, dat ding was niet te sjouwen. Als je ‘m vergat uit te zetten, was de accu van je auto binnen een uur leeg. Tegenwoordig heeft iedereen een mobieltje op zak. Dat is niet echt mijn ding, maar ik moet wel met de tijd mee. De jongens kunnen mij perfect uitleggen hoe mijn telefoon werkt. Ze flipperen er een beetje op en hup! Er is een berichtje verstuurd.”

Modernisering

Naast de telefoon zijn er in de loop der jaren ook veel andere machines bij HOEK gemoderniseerd. De machinemotors zijn verruild voor elektrische accu’s, het aantal machines verdubbeld. Is het werk van de monteur nu nog wel te overzien? René denkt van wel. “Alles wat we nu kopen, is kwalitatief beter. Bovendien is het ontwerp doordachter en gaat zo’n machine langer mee. Als het goed is, hebben deze apparaten minder onderhoud nodig. Maar als er wél iets gerepareerd moet worden, is kennis van de moderne technologie vereist. Mijn opvolger Ronald weet hier veel meer van: als ik iets niet weet, vraag ik aan hem hoe het zit.” Verbaasd is hij over de snelle groei van het bedrijf. “Straks hebben we negentig bedrijfswagens. Dat had je me veertig jaar geleden echt niet hoeven vertellen!”

Niet stilzitten

René is getrouwd met Coby. Samen kregen ze drie dochters: Sandra, Wendy en Laura. ”Ik heb inmiddels ook een berg kleinkinderen”, lacht hij. Elke vrijdag pas ik op.
Een van zijn kleinkinderen heeft het klus-gen van opa al in zich. Als René bezig is met schroevendraaiers en een boormachine, komt zijn kleinzoon er maar al te graag bij staan. “Dat kleine ventje doet alles na en voelt zelfs of de schroeven goed in de muur zitten. Hij kan nog veel van mij leren.” René denkt nog niet aan stoppen bij Hoek en blijft aan het werk in zijn geliefde werkplaats. Daarnaast gaat hij gewoon door met klussen, in het huis van zijn kinderen en bij zijn broers bijvoorbeeld. Want, zo zegt hij: “Stilzitten kan ik toch niet.”

Van harte gefeliciteerd met deze bijzondere mijlpaal, René!

Heb jij interesse om te komen werken bij HOEK?

De mens is de meest bepalende factor van HOEK (André Hoek)

‘Opa Hoek begon al met werken op zijn elfde. Maar na 21 jaar dienst wilde zijn baas niet uitbetalen toen hij ziek werd. Dat was voor hem de aanleiding om als zelfstandig hovenier aan de slag te gaan. Met oma als drijvende kracht.’

André Hoek denkt na over de volgende stap in duurzaam ondernemen. ‘Mijn droom is dat Coolblue me opbelt met de vraag waarom iedereen zo graag bij HOEK wil werken.’ Een interview.

Gouden greep

‘In 1943 had alleen de gegoede burgerij tuinklusjes. Oma werkte als bontwerkster in Leiden, en later vermaakte zij kleding voor half Voorhout. Het was bikkelen. Een aantal middenstanders werkten tegen omdat hij geen middenstandsdiploma had, zijn oude baas wilde hem aangeven voor de “Arbeitseinsatz Deutschland”…
Uiteindelijk haalde hij als een van de eerste hoveniers het Diploma Vakbekwaamheid Sproeien. Een gouden greep, toen in 1948 opeens de coloradokever opdook. Het bedrijf groeide en het hele gezin hielp waar het kon mee, van typen van offertes en facturen, tot sleutelen.’

Machtig mooi

‘Zelf wist ik helemaal niet wat ik wilde na mijn schooltijd. Ik zie mezelf nog zitten met de beroepskeuzegids… en vraag me weleens af wat ik gedaan zou hebben als er geen familiebedrijf was geweest. Vrachtwagenchauffeur, denk ik. Ik was altijd al geïnteresseerd in machines en materieel. Tractoren vond ik machtig mooi.’

‘Hard werken werd thuis met de paplepel ingegoten, daar lag in eerste instantie ook mijn talent. Ik ben buiten de deur gaan werken bij groenvoorzieningsbedrijf Bogaart in Hengelo. Als collega-werknemer, niet als de zoon van. Vervolgens bij de nieuwe vestiging van Bogaart in Almere, nog helemaal in het begin van de bouw van de stad. Een mooie tijd was dat. Almere was nog een grote, open vlakte.’

‘Die eerste jaren waren zeer waardevol. Ik heb veel geleerd, zowel over de werkvloer als over leidinggeven, de impact van lange reistijden, of hoe een bedrijf omgaat met schade aan persoonlijk vervoer: lost men het op of moet je het zelf regelen? Als je iets zelf hebt ervaren, kijk je er met een andere bril naar.’

Zelf ontdekken

‘Ik heb ook geleerd dat je jonge mensen de ruimte moet geven. Ze moeten het zelf ervaren en mogen fouten maken ‘met vallen en weer opstaan’. Daar leer je verschrikkelijk veel van. Zelf wist ik het natuurlijk ook beter toen ik jong was en ik heb het geluk gehad dat de voorman mij het allemaal zelf liet ontdekken. Vooral wat ik niet goed deed. Het is meer dan 30 jaar geleden maar ik weet het nog allemaal. De hartelijkheid van de baas en de norsige voorman, die een goede leermeester bleek.’

‘Ik heb twee jaar de avondheao gedaan en dat was pittig. Achteraf gezien jammer dat ik niet vol heb gehouden. Je mist toch een stuk opleiding. En dat maakte me ook weleens onzeker bij mensen die wel hadden gestudeerd. Pas later leer je dat het niet gaat om scholing en titels. Ik noem me altijd de slechtst opgeleide medewerker op kantoor, maar ik weet nu dat ik een echte ondernemer ben, iemand die zijn nek durft uit te steken en de juiste koers blijft varen bij tegenwind. Dat vergt andere vaardigheden. Overigens heb ik mijn vrouw Marian leren kennen op de heao, dus er is nog wel degelijk iets moois van gekomen.’

Van visie naar business

‘Pas op latere leeftijd ben ik na ga denken over mijn passies. Hoek is inmiddels een echte voorloper als het gaat om duurzaam ondernemen en daar ben ik trots op. Ik werk met passie aan zoveel mogelijk duurzame projecten. En ik vind het belangrijk dat je die passie vervolgens ook weet te verkopen. Mensen weten Hoek nu te vinden als het over duurzaamheid gaat, en dat geeft me de bevestiging dat wij goed een visie om kunnen zetten naar business. Daar zit voor mij persoonlijk de kentering, en ik ben hierdoor ook gegroeid als persoon.’

‘We hebben natuurlijk ook de crisis meegemaakt. Te weinig werk voor slechte prijzen. Wat ga je dan doen? Ik geloofde niet in acquireren maar in een andere manier van werken waarbij veel van je werd gevergd. Dat is cruciaal geweest in onze bedrijfsvoering. Het waren zware tijden die veel van je vergen. In goede maar ook zware tijden is het belangrijk dat je partner je begrijpt en steunt. Ik heb altijd veel steun gehad aan Marian en het managementteam. De keuze voor innoveren en duurzaamheid heeft gemaakt dat we nu het verschil kunnen maken. Dat komt ook terug in de manier van leidinggeven. Men ziet dat het intrinsiek is, men gelooft het en wil daarom ook hier komen werken. Het is geen window dressing.’

Bevlogen

‘Een van de mooie dingen vind ik de kennisdelingssessies met medewerkers. Einde van de werkdag, met een daghap erbij, in informele setting uitwisselen van kennis en ervaring. Mooie momenten om de bevlogenheid van onze medewerkers te zien. Dan voel ik me trots en gun ik iedereen dat je met zulke betrokken mensen mag werken. De mens is de meest bepalende factor voor het bedrijf. Vandaag zijn er 200 man op locatie en 25 man op kantoor, die geven het bedrijf een gezicht. Niet ik.’

‘Wat betreft duurzaamheid en innovatie kunnen we niet achteroverleunen, moeten we steeds vooraan staan. De lange termijn is altijd het vertrekpunt. We bouwen aan relaties, zijn creatief en betrouwbaar. Dat geldt ook voor arbeid. Bijvoorbeeld bij gemeente Zoetermeer waar we zo ver zijn dat Hoek daadwerkelijk maatschappelijke impact heeft, en ook voor werkgelegenheid zorgt, ‘een social return on investment’. Mensen met weinig uitzicht op een baan die wij de kans bieden, en door laten stromen naar een reguliere baan.’

‘De mens is de meest bepalende factor voor het bedrijf. Vandaag zijn er 200 man op locatie, die geven het bedrijf een gezicht. Niet ik.’

Droom

‘Op dit moment onderzoeken we wat de nieuwe maatschappelijke ontwikkeling na duurzaamheid wordt. Ik weet het nog niet helemaal, ben er wel mee bezig. Mijn droom is in ieder geval dat Coolblue belt met de vraag waarom mensen toch allemaal zo graag bij Hoek komen werken. Want als je mensen met passie en talent laat instromen, is het niet erg als ze geen groene achtergrond hebben. Ze kunnen instromen vanuit een andere invalshoek en door interne opleiding zelf hun plek in het bedrijf vinden. Dat is iets voor de komende jaren: ‘niet alleen oog voor de papieren, vooral ook aandacht voor ieders talenten’.

Hoek Academy

‘We hebben er al een kleine start mee gemaakt in Ursem, op aangeven van Ron van Tuijl, een van de voormannen. Het eerste zaadje voor de Hoek Academy is geplant! En we kijken ook naar flexibiliteit in arbeidstijd. Als jonge ouders in het groen willen werken, moet je daar ruimte voor bieden. Iedereen is een schakel. Ook als je een paar dagen per week bij ons werkt, natuurlijk wel met hart en ziel, bepaalt dát het succes.’

Bekijk ook de video:

Heb je interesse in werken bij HOEK?

Denk praktisch en positief!

De helft van zijn leven al besteedt Ron van Tuijl aan het onderhouden en aanleggen van allerlei soorten tuinen. Je vindt de vijftigjarige voorman vooral in de Amsterdamse regio, in verborgen achtertuinen van grachtenpanden, gemeenschappelijke hofjes, museumtuinen, of driehoog op het dak van een flatgebouw.

Verschillen

Ron: ‘De contrasten in Amsterdam zijn groot. Dat maakt werken in de hoofdstad zo leuk. Mensen weten niet wat er achter een grachtenpand verstopt zit. Zij zien alleen de voorkant: een hoog smal huis aan een drukke krappe straat. Ondertussen geniet de huiseigenaar van de rust in zijn enorme en prachtige achtertuin.’ Ron neemt een slok van zijn koffie. We spreken elkaar op de daktuin van een huurcomplex aan het Mercatorplein, waar hij samen met een collega de perkjes op orde brengt. Uit een van de aangrenzende appartementen komt een kruidige etensgeur. Een mevrouw met een boodschappentas komt voorbij en groet. Ron: ‘Dit is het andere uiterste. Als hovenier moet je goed kunnen schakelen: in de ene tuin moet je alles overhoop halen om het weer netjes te krijgen, terwijl je ergens anders alleen wat bijsnoeit. Iedere tuin is anders, net als hun eigenaren. Dat maakt mijn werk erg divers.’

Parkeren

Met een grote bus én aanhanger is het soms een hele opgave om op locatie te komen. De voorman manoeuvreert zijn auto dagelijks over kleine bruggetjes en door smalle straten. Een voordeel: Ron kent Amsterdam inmiddels op zijn duimpje. ‘Het is soms best hectisch. Je moet weten waar je de bus neer kan zetten zonder de weg te versperren voor de rest van het verkeer. Maar soms is dat onvermijdelijk, als we spullen moeten laden of lossen bijvoorbeeld.’ Werken in de stad vergt dus een doeltreffende planning én wat goede communicatievaardigheden. ‘Als je kan uitleggen waarom je precies dáár je spullen uit moet laden, is er meer begrip. Dan stopt de politieagent zijn bonnenboekje weer terug in zijn zak en zijn de chauffeurs achter je heus bereid even te wachten.’

Mentor

Het aanleggen van tuinen beslaat allerlei verschillende handelingen. Straat-, hout- of metselwerk; een grasveld, watergeefsysteem of grondvijver: Ron voert deze opdrachten allemaal uit. ‘Als voorman heb ik de leiding over meerdere projecten. Ik heb contact met de architecten en krijg een beplantingsplan mee van het kantoor. Als het ontwerp is bedacht, mag ik het inkleuren.’ Om op de hoogte te blijven van de laatste ontwikkelingen binnen de hovenierswereld bladert Ron geregeld de vakbladen door. Hij haalt zijn kennis uit eerdere opdrachten en heeft aan het begin van zijn carrière veel van zíjn voorman geleerd. Deze kennis wil hij graag overdragen aan (nieuwe) collega’s. ‘Je werkt samen aan een project. Jonge, nieuwe mensen houden mij scherp. Ik werk ze in, ben eigenlijk een soort mentor. In de praktijk leer je het meest.’ Ron vindt het jammer dat er tegenwoordig maar weinig mensen worden opgeleid tot hovenier. ‘Ook als beginnende hovenier heb je kennis nodig om een tuin aan te leggen. Ik zou daarom nog wel meer tijd willen besteden aan het mentorschap.’

Netwerk

Als er iets is dat Ron mee zou willen geven aan nieuwe hoveniers, dan zijn het wel de manieren van denken. ‘Denk praktisch én positief. Je kunt zeggen: wát een troep en wát een werk. Je kunt ook achterom kijken en zien wat je al gedaan hebt, hoe netjes het is geworden. Ga lekker aan de gang, maak het mooi.’ Door te tuin te bekijken alsof ‘ie van hem is, blijft de voorman kritisch op zijn werk. ‘Als het project af is, ga ik naar huis en zit ik in mijn eigen tuin, de architect doet hetzelfde. Maar de klant blijft met zijn aangelegde tuin achter. Het gaat erom dat die laatste tevreden is met het resultaat.’ Het klantencontact is hierbij van belang. Als de tuin af is melden de voormannen zich af bij de opdrachtgever. Ron: ‘Het is prachtig om te horen dat je werk wordt gewaardeerd. Ik ga er nog net niet van naast mijn schoenen lopen. Ik wil alle tuinen mooi afleveren: daarom doe ik dit werk.’

De ambities van Ron zijn groot. ‘Ik wil tuinen van het allerhoogste segment maken. Zodat ik de door mij aangelegde tuinen terug kan vinden in de vakbladen.’ Dat gebeurt toch nu al eens? Hij lacht. ‘Ja, dat is waar. Maar het liefst sta ik er elke maand in!’

Tekst: Suzanne Meeuwissen

Interesse in een baan als hovenier?